Echt Aandachtig Luisteren

Hoe vaak gebeurt het niet. Je vraagt aan iemand in het voorbijgaan ‘Hoe gaat het met je?’, en die antwoordt: ‘goed’. Jullie lopen weer door, ieder een andere kant op. Een vorm van communiceren die oppervlakkig is, vluchtig en nonchalant. Tegelijk willen we gezien en gehoord worden. Waarom communiceren we vaak oppervlakkig? Van Benedictus leren we ‘Obedientia’, de kunst van het aandachtig luisteren en van harte daadwerkelijk gehoor geven. Als mensen kunnen we een hartsverbinding met elkaar aangaan. Dat maakt ons uniek. Zijn we ons bewust van de waarde die de verbinding met anderen betekent?

Wil Derkse zegt over Obedientia dat we ook ‘aan elkaar gehoor geven’. Deze vorm van gehoorzaamheid heeft niets met lijdzaam volgen te maken, of je passief onderwerpen aan een dwingend voorgeschreven richtlijn. Deze vorm van gehoorzaamheid is een op groei en bevrijding gerichte gelofte.

Groeien doe je niet alleen, maar ook juist samen, met elkaar. Obedientia vraagt om van harte antwoord te geven op de oproep elkaar te steunen wanneer situaties daarom vragen. Van harte respons geven betekent letterlijk: er met je hele hart bij aanwezig zijn. Je doet het wel of je doet het niet. En als je het wel doet, doe je het goed. Door actief en met aandacht te luisteren, door verbinding te zoeken, kom je eerder bij de kern, het hart van de ander. Het gevolg hiervan is een vorm van groei.

Wat ik een mooi hulpmiddel vind om dit praktisch te maken is de luisterthermometer (zie de afbeelding). We beginnen vaak te luisteren bij 0 graden. Je geeft iemand de ruimte om te spreken door uitnodigend vragen te stellen of door bijvoorbeeld te hummen of te knikken. Daarna kan het twee kanten opgaan: de warme of de koude kant. We kijken eerst naar de warme kant van luisteren.

Ga je naar 1 graad, dan hoor je de ander, je luistert actief. Je herhaalt af en toe iets en stelt misschien een vervolgvraag. Bij 2 graden kom je op gevoelsniveau. Je proeft en benoemt de gevoelens van de ander en reflecteert daarop. Bij 3 graden wil je begrijpen wat er achter het gevoel ligt. Je vraagt naar de behoefte die onder het gevoel ligt. 4 graden is de warmste vorm van luisteren. Je accepteert de ander, je laat hem of haar helemaal in zijn of haar waarde. Op deze manier leg je een diepe hartsconnectie met de ander. Jouw oordeel, mening en gevoelens laat je helemaal achterwege.

Je kunt ook koud luisteren. Bij -1 luister je vanuit eigen behoefte. Dan heb jij de behoefte om zelf gehoord te worden of controle te houden. Dan geef je ook adviezen of noem je eigen voorbeelden. Je staat niet stil bij het verhaal van de ander. Je luistert dan om te praten. Dit doen we vaak van nature, maar legt niet die verbinding die je zou willen. Bij -2 luister je vanuit eigen angst. In dat geval weet je niet wat je moet met het verhaal of de emoties van de ander. Je twijfelt of je kunt helpen. Bij -3 luister je op basis van een oordeel. Je zoekt bevestiging over je eigen mening. Dan ligt je aandacht niet meer bij de ander, maar bij je eigen vraagstuk of mening. In dat geval verleg je in het gesprek de aandacht naar je eigen voorbeelden, je eigen mening of situaties die jij ter sprake wilt brengen.

Bij warm luisteren geef je, als je koud luistert dan neem je. Bedenk dat de luisterthermometer geen stappenplan is maar een instrument. In een gesprek kunnen we heen en weer schieten als het om luisteren gaat. Belangrijk is dat je je er bewust van bent dat wanneer je merkt dat je in de koude kant terecht komt, je je aandacht weer op de ander richt en geeft wat hij of zij nodig heeft.

Het gaat om het openstellen van het hart, het luisteren en willen horen wat de ander zegt. Je geeft aandacht aan de ander. Het is in de eerste plaats geven. Het loslaten van eigen overtuigingen en meningen hoort daar ook bij. Als het je niet lukt oprecht en open te luisteren, kun je je eigen groei in de weg staan. Jouw gesprekspartner kan op dat moment waardevolle inzichten en wijsheden voor jou hebben. De bevrijding is dat je op zo’n moment los kunt komen van je eigen overtuigingen en meningen door te luisteren met een open hart, en door aandachtig aanwezig te zijn bij wat er in het nu gebeurt. Tegelijk bevrijd je jezelf van zorgelijke gedachten over wat er allemaal nog ‘moet’.

Dit is de derde van een serie blogs waarin ik jou mijn dagelijkse uitdaging wil spiegelen aan het Benedictijnse kloosterleven. Wil je meer weten, dan adviseer ik de boeken ‘Een levensregel voor beginners’ van Wil Derkse en ‘Benedictijns timemanagent’ van Denise Hulst te lezen. En als je het moeilijk vindt om dit toe te passen, dan maak ik graag tijd om eens een wandeling met je te maken en naar je te luisteren.